|
We zijn een weekje op Lanzarote, met ons zessen, om te vieren dat we vijfentwintig jaar getrouwd zijn. En omdat het gewoon heerlijk is, natuurlijk. 's Middags steeds royaal boven de twintig graden, en alleen maar zon. De eerste dag wat teveel wind, maar die is de rest van de week ook verdwenen.
Ik loop voor het ontbijt (democratisch vastgesteld op half tien) een kort rondje langs de boulevard van het stadje waar we verblijven: Puerto del Carmen. Heel erg toeristisch. Alleen in de buurt van de haven lijken nog wat "autentieke" gebouwen te staan. Verder alleen vakantieparken en restaurants. Maar aan zee is altijd wat te zien, en dat klopt nu ook. Hier en daar groeien de eerste typische Canarische planten, en op het strand lopen drieteenstrandlopertjes voor de branding uit. Verder ook veel geelpootmeeuwen.
Na het ontbijt gaan we met twee auto's in de richting van El Golfo, maar we stoppen eerst in het stadje Yaiza. Het landschap is al gelijk heel bijzonder. Vlak voor Yaiza zien we al het enorme lavaveld van het nationaal park Timanfaya, en de bekende Vuurbergen die er midden in liggen. Dat is voor morgen. Vanaf Yaiza maken we een korte, maar lastige wandeling. Op een bergrug waait het erg hard. Kris en Ida voltooien niettemin de klim naar het hoogste punt. Terwijl de rest al terug gaat wacht ik Kris en Ida op (dan heb ik ondertussen mooi even tijd om rustig te fotograferen). Vanaf hier is het uitzicht op Timanfaya indrukwekkend.
We vervolgen de route naar El Golfo. Dat is een bijzondere plek (de reisgids noemt het een "scenic oddity"). Hier ligt een van de vele kraters van Lanzarote, maar deze ligt direct aan zee, en de kraterwand aan de zeekant is zo ongeveer weggespoeld. Helaas mag je de krater zelf niet in, maar je kunt er vanaf de rand mooi inkijken. In het dorpje dat mooi aan zee ligt, met een strand van zwart zand en stenen, willen we wat drinken. Maar dat ontaardt in een tamelijk uitgebreide lunch.
Petri en ik willen na het eten nog gaan kijken bij de zoutvelden en lagune van Janubio, terwijl de anderen vast terug gaan (dat is het voordeel van twee auto's). Janubio is de eerste route uit de Crossbill-guide voor Lanzarote (en Fuerteventura). Er zijn meestal veel vogels te zien, en dat klopt. We parkeren bij het noordoostelijke puntje van de lagune en kunnen een flink stuk langs het water lopen, parallel aan de natuurlijke dam van grind en zand die de zee van de lagune afsluit. Er is veel te zien. Het landschap is ook heel bijzonder: het zwarte zand en de zwarte stenen steken mooi af tegen de witte kleur van de branding van de wilde zee. Het is lastig om dit goed op de foto te krijgen. Aan deze kant van de lagune zijn nog wel wat resten te zien van de zoutwinning, maar dat lijkt allemaal niet meer gebruikt te worden. Later zien we dat verder naar het oosten de zoutwinning nog wel in gebruik is.
route Puerto del Carmen; route Yaiza; route El Golfo; route Janubio; natuur
De dag begint opnieuw met een kort rondje langs de kust in Puerto del Carmen. De zee is nog wel wild, maar de wind is nu flink afgenomen. De zon komt mooi op, boven zee. Er vliegen steeds groepjes kleine zilverreigers vlak over de branding naar het westen, mooi gezicht. Met kerstmis in Amsterdam hoorden we steeds halsbandparkieten. Die blijken hier ook volop aanwezig. Ook zitten er veel Spaanse mussen.
Na het ontbijt willen we naar het nationaal park: Timanfaya. Terwijl de rest boodschappen voor onderweg doet bij de plaatselijke Spar krijg ik een prachtige vlinder voor de lens: de monarchvlinder. Deze wonderschone vlinder blijkt genoemd te zijn naar de Nederlandse stadhouder Willem III van Oranje. Wikipedia schrijft:
De naam werd aan de vlinder gegeven door Europese protestanten die naar Amerika emigreerden om aan vervolging door de katholieken te ontkomen. De oranjekleurige vlinder deed hen denken aan Willem III van Oranje, die later, in 1688, koning van Engeland zou worden. De vlinder wordt ook in de Engelse en Duitse taal monarchvlinder genoemd. In de Verenigde Staten wordt daarnaast wel de naam King Billy gebruikt. Dit is een bekende bijnaam van Willem III van Oranje.
Voor we bij het nationaal park aankomen, stoppen we bij de Echadero de los Camellos. Dit is een prachtige plek met magnifiek uitzicht op de Vuurbergen (Montañas del Fuego). Je kunt hier op een kameel een kort ritje (800 meter) op de helling maken, het ziet er fantastisch uit. De rest wil het dus wel uitproberen, maar ik beperk me tot het maken van foto's. Per kameel zijn er twee zitplaatsen. Omdat Kris alleen zit, wordt de andere kant voor het evenwicht voorzien van een zak zand. Petri zit naast Ida, en bij Petri wordt ook een extra zak zand geplaatst...
Om op de parkeerplaats van het nationaal park te komen, moeten we flink in de file wachten. Het duurt uiteindelijk zeker een uur voordat we uit de auto kunnen. De enige manier om het park te bezoeken is per autobus: de omgeving is te gevaarlijk om zelf rond te lopen. Hier en daar bevindt zich vlak onder de oppervlakte magma van honderden graden warm. Stro dat je in een kuil gooit, ontvlamt onmiddellijk. De parkopzichters schenken ook water in een gat in de grond, en dat water spuit enkele tellen later stomend meters hoog de grond uit.We gaan dus in de bus en maken een fenomenaal rondje door het park. Enig minpuntje is de overdreven muziek die tussen de uitleg door gespeeld wordt, en die wel erg bombastisch is. Maar het landschap zelf is ongekend. Wonderlijke kleuren (op de foto's kloppen de kleuren niet helemaal vanwege vertekening door de ramen van de bus), en steeds opnieuw fraai zicht op kraters. Soms rijden we langs een rotswand waarvan de steen ooit gesmolten moet zijn.
Na afloop van de busrit gaan we nog naar een plekje aan de kust, aangeraden door de Crossbill Guide. Het is lastig te vinden, en we moeten een flink stuk over een onverharde weg. Gezien de moeite die we moesten doen, valt het resultaat een beetje tegen. Onderweg zie ik wel de Asteriscus intermedius en in een van de weinige boompjes zit een Canarische woestijnklapekster.
route Puerto del Carmen; kameelroute Timanfaya; busroute Timanfaya; natuur
Men neemt een rustdag, maar daar doe ik niet aan mee. Ik volg de derde route uit de Crossbill Guide. Eerst per auto door de half-woestijn El Jable, in de hoop de westelijke kraagtrap te spotten. Helaas, dat lukt niet. Wel veel andere vogels. En steeds een prachtig uitzicht op de kliffen van Famara en op het eiland Graciosa in de verte. Je wordt geacht de vogels niet teveel te verstoren door in de auto te blijven. Dat ben ik na een tijdje wel beu, en ik parkeer de auto bij het strand van Caleta de Famara. Vandaar loop ik een flinke wandeling. Eerst langs zee door het dorp en nog wat verder naar het westen. En dan terug naar de kliffen en via een kloof loop ik dan helemaal naar boven. En ook weer terug natuurlijk. Prachtige tocht. Erg zwaar, omhoog lopen in de warmte.
Het strand bij Caleta de Famara is reusachtig, prachtig gelegen bij de kliffen van Famara en je ziet ook steeds het eiland Graciosa aan de horizon. De golven zijn hoog, en er staat hier een sterke stroming. Dat betekent: geen zwemmers, want rode vlag, maar wel heel veel surfers. Langs het strand loop ik naar het dorpje Caleta de Famara. Dit is een heel ander dorpje in vergelijking met de toeristencentra aan de zuidoostkust. Een beetje chaotisch, de straten zijn hier en daar bedolven onder zand, en massatoerisme is hier niet. Het strand gaat hier over in lage rotsen. Langs het water zitten onder andere een lepelaar, veel kleine zilverreigers, regenwulpen en grote sterns.
Dan terug in de richting van de kliffen. Ik loop langs een kale rechte asfaltweg om de "Urbanisacion Famara" heen, een soort villawijk. Aan de andere kant van de weg begint de woestijn. Leuke strook als je interesse in wilde planten hebt. Aan het eind van de weg begint het pad dat via een barranco uiteindelijk helemaal naar de top van de kliffen loopt. In het begin is dit een breed karrenspoor, makkelijk te doen. Langzaam maar zeker wordt de omgeving groener, en het pad lastiger. Ik ben beneden zo ongeveer in de woestijn begonnen, terwijl ik nu het groenste deel van Lanzarote binnenloop: de kliffen staan hier ongeveer loodrecht op de meestal noordoostelijke passaatwind en vangen daardoor (relatief) veel vocht. Langs het pad omhoog kom ik steeds meer planten tegen die je dan ook alleen in dit deel van Lanzarote aantreft. Je zou kunnen zeggen dat dit deel van het eiland het meest "Canarische" deel is.
Het pad is steil, en steeds lastiger. De verleiding om niet helemaal door naar boven te lopen is groot, omdat ik van plan ben dezelfde weg terug te gaan. Ik loop gelukkig toch maar door, totdat ik "boven" ben: dat is zo'n zeshonderd meter hoog. Fantastisch uitzicht natuurlijk. Hier boven zijn sporen van regen, er ligt hier en daar wat opgedroogde modder en er is zelfs een kleine poel. De enige keer dat ik op Lanzarote zoet water zie in het wild. De terugweg is natuurlijk een stuk makkelijker maar toch nog wat verder dan gedacht maar ik ben net voor donker terug (de dagen zijn hier nu tweeëneenhalf uur langer dan in Nederland).
autoroute El Jable; route Caleta de Famara; natuur
Opnieuw een kort rondje langs de zee voordat ik met de rest ga ontbijten.
Na het ontbijt gaat het vandaag opnieuw naar het noorden, naar de kliffen van Famara, maar nu niet te voet, maar met twee auto's. We volgen de vierde route uit de Crossbill Guide. De eerste stop is het uitzichtpunt bij de Ermita de las Nieves - niet ver van de plek waar ik gisteren uit de barranco boven kwam. Het zicht is vandaag wat slechter lijkt het, het is duidelijk minder helder.
De tweede stop is bij het uitzichtpunt vlak voor Haria, maar dat missen we door onduidelijke beschrijving in de gids. In het dorpje Haria stoppen we ook. De gids suggereert een korte wandeling die we braaf volgen, maar daar is niet veel aan. Na afloop drinken we wat op het aardige pleintje bij de kerk. Daar is veel schaduw door een aantal enorme eucalyptusbomen waarin de Spaanse mussen erg druk zijn.
Dan verder naar het hoogtepunt van de tocht: het uitzichtpunt Mirador del Rio. Je betaalt toegang om binnen te mogen. Weergaloos uitzicht op het eiland Graciosa, en ook op de voet van de kliffen, waar het geheel uitgestorven lijkt te zijn. Als we uitgekeken zijn gaan we terug naar het zuiden en gaan dan naar de Playa de Famara. Vandaar lopen Petri en ik nog een stuk langs het strand in oostelijke richting, aan de onderkant van de kliffen. De rest zit op het strand. Het is inmiddels erg nevelig.
route Puerto del Carmen; route Haria; route Playa de Famara; natuur
Petri en ik ontbijten vroeg en nadat Petri even Ida heeft weggebracht (die gaat duiken) lopen we samen een wandeling bij Los Cocoteros. Dat is aan de kust in het noordoosten, bij een wat ouder lavaveld. De plek wordt in de Crossbill Guide genoemd omdat er een bijzondere cactus-soort groeit die alleen op Lanzarote en Fuerteventura voorkomt: Caralluma burchardii. Echter, de soort is moeilijk te vinden.
Het eerste deel van de tocht is gelijk prachtig: direct langs de zeer grillig gevormde rotskust, en we komen voorlopig niemand tegen. Dat verandert als we bijna in het volgende dorpje zijn: Charco del Palo. Dat blijkt een naturisten-vakantiedorp te zijn. Als ik zorgvuldig probeer niet teveel naar blote mensen te kijken, valt mijn oog op het mini-exemplaar van een ander bijzonder plantje: Cistanche phelypaea, een soort bremraap die ik nog nooit eerder zag, en hier gewoon op het strand groeit.
De route gaat vanaf het dorpje landinwaarts, en dat betekent eerst even flink klimmen. Het is warm. Het landschap is bijzonder. Wel enigszins in cultuur gebracht, maar veel door stenen muurtjes gescheiden akkertjes lijken niet meer in gebruik. Hier en daar nog wel sporen van Opuntia-teelt. Later zien we ook een boerderijtje met geiten en schapen.
Bij een natuurlijke helling valt mijn oog op de Caralluma burchardii: rare rechthoekige grijze dikke stengels, en verder niets. De planten zouden in de winter moeten bloeien met fraaie bloemen op die stengels, maar bloeiende exemplaren zie ik niet. Ik ben toch tevreden.
Als we terug zijn in Los Cocoteros lopen we nog een klein stukje verder om bij de zoutpannen ten zuiden van het dorpje ons lunchpakket op te eten. Het is nog vroeg en we besluiten om (via een spannende bergweg) alsnog het uitzichtspunt te bezoeken dat we gisteren gemist hadden: Mirador Haria. Bij die plek zou voor een plantenliefhebber veel te zien moeten zijn, dus ik wil er wel graag heen.De mirador Haria is zo'n beetje de groenste plek van Lanzarote. De weg loopt hier met een paar haarspeldbochten naar beneden naar het dorpje Haria, en de bermen van de weg krijgen op de naar het noordoosten gerichte helling weinig zon. Het is daar koel en vochtig, en dat zie je dan natuurlijk direct aan de plantengroei. Ten dele dezelfde planten die ik eergisteren tegenkwam toen ik via de barranco naar boven liep, maar ik vind nog wat andere ook. Als ik bijna terug bij de auto ben zitten er een paar kanaries in een boom. Kanaries zijn hier lang niet zo gewoon als op de westelijkere Canarische eilanden.
Een heerlijke oudjaarsdag dus.
route Los Cocoteros; route Mirador Haria; natuur
Ook op de laatste ochtend loop ik eerst een rondje langs de zee. Ik krijg uitgebreid de kans om een groepje woestijnvinken te fotograferen. Daarna zijn er ook een paar halsbandparkieten die blijkbaar graag op de foto gaan.
Na het ontbijt gaan we naar het zuidwesten. Eerst langs de Janubio lagune en zoutpannen waar Petri en ik eerder al geweest waren. Daarna verder naar de Costa de Papagayo, naar het beroemde Papagayo-strand. Een mooie plek om een nieuwjaarsduik te nemen en je hebt er echt geen muts van een bekend rookworstmerk bij nodig.
Als de rest van het strand geniet, loop ik een rondje langs het bijzondere landschap. Een kale vlakte die wat hoger ligt dan de zee, met meerdere baaitjes en strandjes. Ik loop eerst langs de kust, en dan via een soort woestijn weer terug. Het eerste stuk is mooier qua landschap, maar het tweede stuk is interessanter vanwege de begroeiing. Je lijkt hier door een droge woestijn te lopen, maar hier en daar zijn kleine drooggevallen beekbeddingen waar de grond toch nog wat vochtiger is blijkbaar, en waar toch - als je goed kijkt - van alles groeit.
Gelukkig nieuwjaar!
route Puerto del Carmen; route Costa de Papagayo; natuur
Allemaal om te vieren dat Petri en ik 25 jaar getrouwd zijn. Van de kinderen kregen we dit fotoboek!
|
Copyright: de teksten van de looblog zijn "public domain".