Al voor het ontbijt fiets ik weer naar het gebiedje tussen Havel en Elbe. In de Havel zwemmen twee bevers (?). Verderop opnieuw veel grauwe klauwieren en ringmussen. Ook veel reeën. Een sprinkhaanzanger zingt alsof het voorjaar is. De roofvogels zijn blijkbaar nog niet actief. Wel twee kraanvogels in de verte. In een boompje in de uiterwaarden van de Elbe zit een vogel die ik eerst niet herken. Het is een (nogal fletse) bijeneter! Erg leuk. Op de terugweg ook nog een vos.
Na het ontbijt fietsen we een mooi rondje vanaf Havelberg. Het eerste stuk is prachtig, door het laaggelegen gebied ten zuiden van de Havel, "Stremelniederung". Overstromingsgebied in de winter. Groepjes kraanvogels. We komen weer langs het nest van een visarend waar we met de auto eerder al even bij gestopt hadden. Er zijn drie visarenden present. Ook vijf overvliegende kraanvogels. En geregeld rode wouwen natuurlijk.
Verderop slaan we linksaf naar Strodehne, tot aan de noordelijke oever van de Gulper See. In Strodehne is men de resten van het "Havelfest" aan het opruimen, terwijl de fanfare een deuntje speelt. We drinken wat, maar koffie is er niet (de locals drinken al weer bier). Dan terug naar de andere kant van de Havel en via een heel leuk fietspad door een paar aardige dorpjes. Dan raken we het fietspad kwijt en rijden een saai stuk over brede asfaltweg naar Kamern.
Lunchpauze in Kamern, met enige moeite. Geen broodjes mee, want het is zondag en dan zijn de winkels hier dicht. Dus we zijn afhankelijk van de horeca. Uiteindelijk drinken we koffie / eten een ijsje bij het meer waar gezwommen wordt in Kamern. Daarna een leuke route naar de Elbe en via de Elbedijk weer terug naar Havelberg.
Het is warm, en P. gaat naar het zwembad, terwijl ik nog even verder kijk bij de Elbe en de veerpont naar de overkant. Ringslang. Beverratten.
fietsroute Elbe; fietsroute Kamern; fietsroute fähre Rabel; foto's; natuur
Na het ontbijt fiets ik nog even naar het gebiedje tussen Havel en Elbe. Het lijkt wel of er in elke struik een paar grauwe klauwieren zitten. Langs de Elbe groeit veel smalle aster.
Dan gaan we samen even het hoogtepunt van Havelberg bekijken: de dom. Die staat hier wat hoger op een heuvel vanwaar je Havelberg mooi kunt zien. In de torenspits zit een groepje torenvalken.
's Middags fietsen we een rondje door de Havelländisches Luch. Dat is een klein uurtje rijden naar het zuidoosten. In dit gebied leven tientallen grote trappen maar die laten zich niet zien - niet geheel onverwacht want die zijn heel erg schuw. In de winter en het voorjaar heb je betere kansen.
Bij de toegangsweg naar de eerste kijkhut zijn twee slechtvalken druk in de weer. Verderop zitten twee kraanvogels vrij dichtbij. Ze vliegen op en komen vlak over ons heen.
Stop met koffie bij een oude branderij in Liepe, met een oude schoorsteen waarbovenop een ooievaar zijn nest heeft gebouwd. Als we Liepe weer uit fietsen komen we langs een moderne glasfabriek, waardoor we vermoeden dat de oude branderij ook voor glasproductie was.
Vlak voor het eindpunt bij Nennhausen cirkelen een aantal buizerds hoog in de lucht. Er vliegt ook een sperwer bij.
fietsroute Elbe; fietsroute Havelberg; fietsroute Havelländisches Luch; foto's; natuur
Voordat we vertrekken haal ik even broodjes op in de supermarkt (per auto) en rijd even het stadje uit. Ik stop even buiten het stadje bij de plek waar ik gisteren naartoe fietste, en zie daar eerst drie, dan twaalf en vervolgens nog eens vier kraanvogels.
We kiezen voor een rondje fietsen iets verder naar het zuidoosten, opnieuw door het land van de Havel. We zijn er nu een beetje aan gewend, maar opnieuw is het smullen wat betreft het aantal bijzondere vogels die over ons heen vliegen. Vandaag zijn het vooral veel rode wouwen (uiteindelijk 19 stuks geloof ik), die we ook heel duidelijk horen roepen zo nu en dan. Bij Wolsier zelfs vijf tegelijk, die druk met elkaar in de weer zijn.
De route gaat vanaf Gulpe over landbouwweggetjes naar Parey. Vandaar over een weggetje dat in het voorjaar blijkbaar afgesloten is naar Wolsier. Dit zou een heel mooi weggetje voor vogels moeten zijn, maar veel zien we niet. Vanaf Wolsier gaat de route over een grotere weg naar Spaatz maar die weg is afgesloten vanwege werkzaamheden. Er ligt een spiksplinternieuwe laag asfelt. Volgens een behulpzame bewoner kun je de weg wel gewoon gebruiken. Dat doen we: zodoende fietsen we over een heel brede asfaltweg zonder auto's.
Vanaf Spaatz naar Rhinov en verder naar Höhenhauen. Dit is een saai stuk, veel bos. Tweede deel is een heel nieuw fietspad langs de doorgaande weg. In de nieuw aangelegde berm van het fietspad zijn hier en daar bijzondere plantensoorten te zien, onder andere strobloem en biesknikbloem. In Höhenhauen zitten we op een bankje aan het meer voor onze lunch.
Daarna zijn we weer terug in het laaggelegen dal van de Havel. We fietsen naar Parey met een korte onderbreking naar een strandje aan de Havel waar Petasites spurius, een soort hoefblad, groeit. Die soort heb ik twee jaar terug veel op Rügen gezien. Vanaf Parey komen we op hetzelfde weggetje terecht als vanochtend. Deze keer is er veel meer te zien. Niet alleen, natuurlijk, rode wouwen en grauwe klauwieren. Vanaf een bruggetje zwemt ook een beverrat (of bever, of muskusrat?). En in de verte zien we een enorme groep kraanvogels uitrusten (zo lijkt het in ieder geval) in het weidelandschap. Het zijn er minstens tachtig.
Laatste deel van de route gaat langs de Gulper See. Dit is het domein van de grauwe ganzen, er moeten er duizenden zitten. Na afloop kiezen we voor het zwembad van Havelberg want het is vandaag veel warmer dan gisteren, zo'n 29 graden.
We zitten dus in Havelberg, aardig stadje aan de Havel, niet ver van de plek waar de Havel in de Elbe stroomt. Het dal van de Havel is een prachtig gebied, vooral ook door de vogels. Vlak na het ontbijt fiets ik slechts een paar kilometer het stadje uit, en ik zie al een paar rode wouwen, grauwe klauwieren, kraanvogels en zeearenden. Op één foto krijg ik drie kraanvogels en twee zeearenden.
Als we later op de dag een flink rondje fietsen langs de Havel en langs de Elbe wordt het bijna bizar, zoveel bijzonderheden (met Nederlandse blik) we zien. Aan het eind van de dag tellen we:
Het rondje begint in oostelijke richting langs het dal van de Havel, totdat we bij km 21 even stoppen bij een vogelkijkhut. In het najaar zou dit een goede plek voor kraanvogels moeten zijn. Nu is daar niets van te zien. Maar zodra we linksaf het fietspad op slaan blijkt een visarend zijn nest te hebben in een mast vlak naast het fietspad. We zien minstens drie visarenden opvliegen. Ze cirkelen een tijdje rond.
De route gaat verder naar Kummernitz, maar daar is het "fietspad" door het bos een grote zandbak. Fietsen gaat helemaal niet, dus we rijden via de hoofdweg terug naar Woplitz en vandaar via een heel aardige route terug naar Havelberg. Bij de tourist information kan ik mijn fiets alvast deels opnieuw opladen als we ondertussen onze broodjes eten.
Dan verder in westelijke richting naar de Elbe. Prachtig stuk. We fietsen langs een arm van de Havel die hier een heel stuk parallel aan de Elbe loopt, mooi over de dijk. Steeds weer rode wouwen, grauwe klauwieren, visarenden of zeearenden. De bermen zijn prachtig begroeid en we zien ook steeds koninginnepages. Bij het keerpunt bij Gnevsdorf (brug over de Havel) besluiten we nog een klein stukje verder te fietsen, want er zou een terras moeten zijn in "ooievaarsdorp" Rühstadt. Dat klopt, dus koffie of thee met taart of ijs.
De terugweg gaat opnieuw over de dijk, maar nu aan de kant van de Elbe. En ook nu wordt de aandacht steeds getrokken door voorbijvliegende of in boomtoppen rustende roofvogels. Ook nog drie kraanvogels. Fantastische dag.
We reizen verder van Kopenhagen naar Havelberg. Dat gaat via de veerboot van Gedser naar Rostock. We zijn veel te vroeg voor de boot, dus ik loop een rondje over het parkeerterrein, waaruit ontsnapping niet echt mogelijk lijkt. De overtocht zelf levert niets op. Vanaf de snelweg vanaf Rostock naar het zuiden zien we twee kraanvogels.
We zitten in een prachtig hotel in Havelberg, met royaal appartement met mooi balkon en uitzicht over de Havel. Als we ons hebben geïnstalleerd, lopen we langs het riviertje naar het centrum voor een paar drankjes en avondeten.
route Gedser; route Havelberg; foto's; natuur
Terwijl P. de binnenstad van Kopenhagen verder verkent, kies ik voor een natuurgebied ten zuiden van de stad: Kalvebod Fælled en Vestamager. De route gaat via Brøndby en Mågeparken. Onderweg valt onder andere de slanke kaardenbol op die je hier veel ziet - lookalike van kleine kaardenbol die in Nederland vooral in Limburg is te vinden. Bij km 15 loopt het fietspad dan omhoog om met de E20 een zeearm over te gaan, en dan kijk je plotseling over een enorme kale vlakte.
Eén van de mooiste plekken is al bij km 18 waar het pad omhoog loopt en je een weids uitzicht hebt over het hele gebied. Aan de zuidkant ligt een plasje met veel meerkoeten, maar ook een dodaars en een paar roodhalsfuten. Aan de noordkant is een groot slikachtig gebied met heel veel steltlopers, onder andere veel bosruiters. Als ik daar een tijdje heb staan rondkijken komt er ook een steltkluut te voorschijn. Ook in Denemarken een tamelijk zeldzame verschijning. In de berm een stuk met veel sikkelkruid - nieuwe soort.
Er zijn meer plasjes met een grote heuvel die voor beschutting en een mooie uitkijkplek zorgt. De begroeiing van de vlakte is interessant, met veel rode ogentroost, aardbeiklaver, en smalle rolklaver. Bij een drooggevallen plasje ook goudknopje. In de berm groeit veelvuldig wilgalant - voor mij ook al een nieuwe soort. Bij km 24 gaat de route bij een sluisje de zeedijk op. Ik rijd eerst even naar het westen (harde wind tegen) naar een uitkijkpunt over een grote ondiepe waterplas met opnieuw heel veel steltlopers. Op een zandbankje zit een groepje kokmeeuwen met daarbij ook een dwergstern. Veel ganzen en meeuwen. Terug naar het sluisje. In het watertje voor de sluis zitten een heel stel roodhalsfuten.
Hiervandaan loopt de route noordelijk totdat ik bij het natuurcentrum aan kom, niet ver van de bewoonde wereld die zich toont door grote bijzonder gebouwde flats die blijkbaar prachtig uitzicht hebben over het natuurgebied. In het natuurcentrum kan ik mooi even wat eten. Er vliegen hier ringmussen rond. De grote aantallen bonte kraaien vallen al bijna niet meer op, en zijn niet langer reden om te stoppen voor een foto.
Bij km 39 is een plasje met veel riet waardoorheen een paar vlonderpaden lopen naar twee vogelkijkhutten. Daar kan ik een dodaars van heel dichtbij bewonderen. Dan is het onderhand tijd voor de terugweg. De harde westenwind zorgt er weer voor dat ik maar net genoeg stroom heb om het hotel te halen, ik houd opnieuw maar 4% over. 's Avonds rijden we (per auto) naar Brøndby Strand voor restaurent "Krabben" in de haven.
's Ochtends met treintje naar Kopenhagen om mijn fiets gerepareerd te krijgen. Die is in de loop van de middag klaar. Ondertussen lopen we door het centrum. Als de fiets weer gereed is, fietsen we naar strandje van Amager, maar de rest van geplande route gaat niet meer lukken. Terug naar centrum voor avondeten. Tijdens het hoofdgerecht valt er een flinke onweersbui.
route naar station; route Kopenhagen; fietsroute; foto's; natuur
Reisdag. We verhuizen naar een hotel vlak buiten Kopenhagen, in Glostrup. Als we daar zijn geïnstalleerd fietsen we naar de binnenstad (zo'n tien kilometer). Daar zien we al wat van de bekendheden. We kijken ook even naar de kleine zeemeermin. Veel toeristen natuurlijk. Ik was hier in 1994 maar ik herken weinig tot niets. Vlak voor Nyhavn rijd ik door een dikke spijker/mega-punaise. Gedoe. Met de trein terug, morgen fiets laten maken.
fietsroute; route; route van station; foto's; natuur
's Ochtends regent het. We gaan niet in de regen fietsen, dus we passen de plannen aan. Wel naar Bulbjerg, maar niet ter plekke een rondje fietsen. We rijden dus per auto naar Bulbjerg en daar is het droog. Bulbjerg is een flinke rots van kalksteen die een mooie klif vormt langs de kust een stukje ten noorden van Thisted. Het zou de enige rotsformatie in Jutland zijn, en ook de enige plek in Denemarken waar vogels broeden op zo'n klif aan zee. Die vogels zijn allemaal drieteenmeeuwen. Prachtig gezicht, vooral de jonge meeuwen die mooi zwart met wit gekleurd zijn en er duidelijk heel anders uit zien dan "gewone" meeuwen. Behalve de vogels valt ook de flora op, en dan vooral de grote aantallen bloedooievaarsbek.
Omdat het toch droog blijft, rijden we verder naar Frøstrup. Daarvandaan hadden we oorspronkelijk een rondje willen fietsen naar Bulbjerg en Vejlerne, een vogelreservaat. We halen de fietsen van de auto en doen een deel van de fietsroute en fietsen dus naar Vejlerne, waar een aantal knuppelpaden en kijkplekken in het moeras aan de rand van een fjord is gemaakt. Bruine kiekendieven jagen boven het riet. We horen baardmannetjes. En een blauwborst laat zich even mooi zien. Tussen het riet groeit heel veel grote watereppe, en kleine watereppe staat er soms tussen. Dit is ook een mooie plek voor de lunch. Als we bijna terug zijn bij Frøstrup, bij een mooi kerkje, zie ik twee kraanvogels. Ze vliegen een paar rondjes en besluiten dan vlak over ons heen weg te vliegen.
Het is nog steeds droog dus we improviseren nog een tochtje naar een ander deel van Vejlerne. Daarbij komen we ook langs een vikingbegraafplaats. Vlak voor we bij een grote vogelkijkhut zijn begint het dan toch weer te regenen. We wachten het een tijdje af in de kijkhut (in de regen is er natuurlijk nauwelijks iets te zien), maar uiteindelijk fietsen we weer terug door de regen.
route Bjulberg; fietsroute Vejlerne; route Vejlerne; foto's; natuur
's Ochtends een beetje mistig, en het blijft de hele dag heel grijs. Voordeel is wel dat er nauwelijks wind staat. We rijden nu een rondje door het noordelijk deel van het nationaal park. In het begin een paar mooie uitkijkplekken over een enorme vlakte, waar je kans hebt op de edelherten en de kraanvogels die hier leven. Maar ook al vanwege het slechte zicht zien we niet veel. Heel in de verte in de luwte van een duin een groep bruine vlekken dat best wel eens een groep edelherten of damherten kan zijn geweest. Er vliegt wel een raaf. Iets verder plotseling heel veel mooie vlinders in de berm, met name de fel oranje gekleurde morgenrood valt op.
Dan verder door het bos en de heide naar Bagsted Rende. Een strandovergang waar ook een beekje in zee stroomt. Aardige plek voor onze lunch. Boven zee hangt nevel en er is niets te zien. De terugweg gaat via fietsroute 1 langs de kust naar het noorden tot we bij Hanstholm zijn. Hanstholm ligt op een heuvel, haast een klif. Aan de zeekant is de haven, en boven op de klif hebben we twee dagen terug gegeten. Bij de haven kijken we nog even over zee. Veel meeuwen en er dobbert ook een zwartkopmeeuw.
We fietsen route 410 door het zuidelijke deel van Thy, en met een uitbreiding over de smalle landtong naar Agger Tange. We vertrekken vanuit Bedsted. Het eerste deel is nog buiten het nationaal park, met grote korenvelden en steeds weer roepende grauwe gorzen en geelgorzen. Ook weer bonte kraaien, die zien we hier heel veel.
In het nationaal park Thy rijden we door halfopen bos met heide. Veel rijsbes. Hier en daar ook invloed van de zee, bijvoorbeeld zeewinde in de berm tussen de heide. Verderop een mooi stuk open heideterrein met bloeiende beenbreek. We stoppen even bij de vuurtoren, Lodjberg Fyr. Als P. de toren beklimt kan ik mooi even koffie drinken.
Bij km 19 komt de route vlak langs zee. Ruige kust. Boven zee zie ik bijna direct een kleine jager, erg leuk. Even later ook nog een zwartkopmeeuw en een Jan-van-gent. Daarna loopt de route dwars door het duin, met heel veel zeelathyrus, zeepostelein en zeewinde. Vlak voor Agger stoppen we opnieuw even om de zee te bekijken. Weer twee Jan-van-genten.
Dan volgt de lange weg van Agger naar Agger Tange - het uiterste puntje van het schiereiland waar nog een veerboot vertrekt. Links het water van het fjord, rechts ook veel water en een soort kwelder met heel veel vogels, onder andere grote groep lepelaars. Lunchpauze op een parkeerplaatsje tegenover een eilandje met een grote kolonie grote sterns. Op de terugweg kiezen we op dezelfde plek voor het weggetje naar de kust. Daar stallen we de fietsen en lopen het strand op en verder naar een grote pier. Heel ruige plek. Veel sterns boven zee, en er komt ook weer een kleine jager voorbij. Ook een eider en een zwarte zee-eend.
De terugweg valt een beetje tegen, want het waait toch vrij hard, en we hebben wind tegen. En mijn accu loopt snel terug. Uiteindelijk heb ik nog 4% over...
fietsroute; route; foto's; natuur
Snikhete dag, zoals al een paar dagen werd aangekondigd. Het wordt royaal boven de 30 graden. We doen dus rustig aan. Ik loop eerst nog even naar het strandje. Daarna fietsen door Thy naar dichtstbijzijnde plaatsje aan zee: Klitmøller. Grote korenvelden met veel geelgorzen en grauwe gorzen voordat we in de bossen van Thy terechtkomen. Laatste stukje is interessanter als we het bos uit zijn, met onder andere veel ruige weegbree in de berm.
Fietsen parkeren bij strandovergang. Heel veel zeelathyrus. Op het strand is geen schaduw. Er vliegen visdieven en ook een drieteenmeeuw voorbij. Ik fiets nog een stukje naar het noorden door het heidegebied, met wel wat interessante soorten (grote hardvrucht, kleine tijm, rijsbes, Ligusticum scoticum). Maar het is te warm. Daarom samen met lunchpakket stukje verder gefietst naar strand bij camping waar een paar oude bunkers op de rand van duinen en strand staan. Daar zitten we in een streepje schaduw.
's Avonds rijden we met de auto naar Hanstholm. Buiten eten bij "Mad bar", prachtig hoog gelegen naast een uitzichtpunt over haven en zee.
route strandje Thisted; fietsroute naar Klitmøller; foto's; natuur
We reizen verder naar het noorden van Denemarken. Uitvalbasis is Thisted, een stadje niet ver van het grootste nationaal park van Denemarken: Thy. Onderweg vallen de bonte kraaien op (zeldzaam bij ons). Ook vliegen er twee kraanvogels over. We arriveren vroeg in de middag bij het hotel, maar dat is nog niet klaar voor onze ontvangst. Het hotel ligt aan het water, en achter het hotel loopt een pad naar een trapje dat naar beneden naar een klein keienstrand loopt. De afbrokkelende oever bevat blijkbaar kalk, en dat geeft aanleiding tot interessante plantengroei, met onder andere grote centaurie, bochtige klaver en driedistel.
Daarna fietsen we even naar het centrum van Thisted. In het station is een informatiecentrum(pje) over Thy en we nemen wat folders mee, met onder andere een fietskaart. 's Avonds buiten eten bij de pizzeria (als we op het terrasje zitten: "zitten jullie hier zomaar even of willen jullie eten?").
fietsroute Thisted; foto's; natuur
Nog een eiland, maar wel een heel speciaal. Sylt is ook met alleen een spoorlijn met de vaste wal verbonden. Maar over die spoorlijn rijden wel intercities vanuit Hamburg, en autotreinen vanuit Niebüll. Als je op Sylt een auto wilt gebruiken, ga je dus het laatste stuk met de autotrein. Sylt is groot, en het grootste deel is een lange smalle strook van strand en duinen die vanuit het zuiden doorloopt naar het noorden tot bijna de Deense grens. Die strook van zo'n 35 km aan Noordzeestrand verklaart dat er veel toeristen zijn.
We stappen dus ook op de trein die er volgens de dienstregeling een uur over doet maar het eindstation op Sylt, Westerland, al na 35 minuten bereikt. We huren fietsen tegenover het station en fietsen dan eerst naar een klein maar prachtig natuurgebiedje, de Morsum Kliff. Dit is een mooie klif, geologisch blijkbaar heel interessant. Het ziet er niet alleen prachtig uit, maar ook de flora is prachtig. Het hoge deel van de klif bestaat uit heide. Tussen de heide door groeien er veel viooltjes, zandblauwtjes, en vleugeltjesbloem. Verder onder andere ook klein warkruid, kleine tijm, dwergviltkruid, stekelbrem. Enkele meters verder (en een stuk lager) ligt dan onmiddellijk de kwelder met de bijbehorende zoutminnende planten.
Na uitgebreide lunch op een mooi tuinterras in Morsum fietsen we naar de dijk en vandaar verder naar het westen, steeds op en langs de dijk. Aan de binnenkant van de dijk is een stuk verder een groot natuurgebied met veel water (Rantumbecken). In het water kleine eilandjes met veel vogels. Opvallendste waarneming is een kleine zilverreiger. Die zijn zo ver noordelijk nog tamelijk zeldzaam.
We arriveren in Rantum, en daar zitten we even op het strand aan de Noordzee en genieten van de zon. De verwachte warmte voor morgen en overmorgen kondigt zich al aan. Als we terug zijn in Westerland leveren we de fietsen in en lopen naar de boulevard. Daar drinken en eten we wat. Als het eten zo'n beetje gedaan is, zie ik plotseling een Jan-van-gent niet ver van het strand rondvliegen. Ondertussen is er politie gearriveerd en er is iets aan de hand op het strand. Terwijl veel mensen die opwinding staan te bekijken ben ik druk met foto's maken van inmiddels twee Jan-van-genten die flink aan het jagen zijn. Niet ver weg, maar wel tegen de zon in. Het is wel genant, want het lijkt alsof ik als echte ramptoerist andermans ellende aan het fotograferen ben.
fietsroute ; route Morsum Kliff; route boulevard; foto's; natuur
Vandaag naar Amrum, een Waddeneiland dat meer op onze eigen eilanden lijkt, met veel duinen en strand. Fietsen mee op de boot vanaf Dagebüll. Heerlijk weer, en ook de wind is niet meer zo hard als de laatste dagen. Eerst fietsen we naar Dagebüll (onderweg laat de grauwe kiekendief zich weer mooi zien). Na de overtocht fietsen we het eiland over, en stoppen voor drie korte wandelingen.
Het opvallendst zijn de vele heivlinders die hier rondvliegen. Tot nu toe heb ik deze onopvallende vlinder nog maar één keer eerder gezien, maar vandaag zien we ze steeds. Kwelder aan de noordkant van het eiland (wandeling Odde) is prachtig: enorme velden lamsoor. Er lopen ook rosse grutto's en een enkele goudplevier rond. Ook leuk: als de veerboot net aan de terugweg begonnen is, dobbert er een Jan-van-gent op het water.
fietsroute naar/van de boot; fietsroute Amrum; route Wriakhörnsee; route Odde; route Vogelkoje; foto's; natuur
's Ochtends rijd ik even naar de Hauke-Haien-Koog waar binnendijks in de plassen veel vogels zitten, onder andere brilduikers, kemphanen, kleine plevieren, zwarte ruiter, rosse grutto.
Het waait zo mogelijk nog harder dan gisteren. We blijven vandaag op het vaste land. Ons doel is een natuurgebied iets ten zuiden van ons logeeradres. We rijden er met de fietsen achterop naar toe. Om het natuurgebied, de Beltringharderkoog, is een mooie fietsroute. We beginnen bij de sluis in de Arlau, de Arlau Schleuse. Dan eerst naar het noorden. Onderweg een uitkijktoren en een aantal kijkhutten. Maar door de wind zijn er niet veel vogels te bewonderen. Het stuk van km 4 naar km 7 is prachtig. Als je bij de zeedijk aankomt loopt daar al weer een spoorlijntje naar een andere Hallig: Nordstrandischmoor. De tien bewoners hebben ieder een eigen "treintje" waarmee ze naar de vaste wal kunnen reizen. Als we op de dijk staan te kijken komt er net zo'n voertuig aan. Bijzonder.
Na de koffiepauze bij km 12 volgt een wat saaier deel van de route tot we weer terug zijn bij de sluis. Hier lopen we ook nog twee kleine wandelingen het gebied zelf in. De eerste is niet zo bijzonder, maar het tweede rondje is leuk. Veel zwarte ruiters. Ook leuk: rode ogentroost met geheel witte bloemen.
fietsroute; route; foto's; natuur
Vandaag naar een van de bekendere Halligen: Hooge. Dit eilandje heeft wel een lage dijk, maar volgens de reisgids loopt het toch zo'n vijf keer per jaar onder water bij stormvloed. De huizen zijn dus gebouwd op een tiental warften. We nemen de veerboot vanaf Schlüttsiel, en we maken de fout om onze eigen fietsen niet mee te nemen. Hooge is erg klein, maar een fiets is toch wel handig. De fietsen die we voor vijf euro mogen huren zijn wel erg brak, zeker omdat het erg hard waait. Tegen de wind in lukt het ons nauwelijks (verwend door de e-bike natuurlijk). Lopen gaat eigenlijk beter, maar ja.
De trip met de veerboot is interessant, want het is laag water. Veel kokmeeuwen en stormmeeuwen. Ook een paar zeehondjes. Later ook visdiefjes en nog verder op zee ook grote sterns. De meeuwen en visdiefjes hangen veelvuldig achter de boot, maar de grote sterns lijken ons geheel te negeren.
Hooge zelf ziet er heel bijzonder uit. Niet alleen de fotogenieke warften vallen op. De delen tussen de warften in zijn eigenlijk een soort kwelder, met onder andere heel veel lamsoor (in het Duits ook "Halligflieder" genoemd). Ook heel veel vogels. Vooral opvallend veel visdiefjes, scholeksters en veldleeuweriken. En gek genoeg veel korenbloemen in de berm. Het geheel ziet er - zeker als de zon schijnt - prachtig gekleurd uit.
In het noordelijkste punt waar je per fiets kunt komen lopen we nog een stukje de dijk op. Erg leuk. Boven zee een paar overvliegende groepen kanoeten. En veel eidereenden. Ook een enkele rosse grutto. En een snel voorbijvliegende middelste zaagbek.
Voor het ontbijt pak ik even de fiets en fiets door de korenvelden. Bij een zijweggetje zit een grauwe kiekendief vlak langs de berm. Even later vliegt ze op. Prachtig gezicht.
Samen kiezen we voor een fietstocht langs de kust, in zuidelijke richting. Eerst naar Dagebüll, opnieuw door de korenvelden, en opnieuw laat de grauwe kiek zich zien. Steeds een vrouwtje. Is het steeds dezelfde? Dagebüll is de haven waarvandaan je naar Föhr en Amrum kunt. Langs de dijk is ook een soort badstrand.
Even verderop is de landtong die het vasteland verbindt met Oland en Langeness. Maar die landtong bestaat eigenlijk alleen uit een aftandse spoorlijn die niet meer gebruikt lijkt te worden. Er is geen weg, zelfs geen voetpad. Al eerder zagen we aan de horizon de verschillende "warften" (terpen) liggen waar de huizen op staan van de bewoners van Langeness. Deze waddeneilandjes ("halligen") zijn niet of nauwelijks bedijkt, en lopen meerdere keren per jaar onder water. De huizen staan dus net als bij ons honderden jaren geleden steeds op grote terpen. En het vervoer gaat vooral over water.
Als we nog iets verder fietsen zijn er aan de binnenkant van de dijk een paar grote plassen met heel veel vogels, waaronder opvallend veel krombekstrandlopers. Het volgende plaatsje is Schluttsiel, ook al een havenplaats waarvandaan de boot naar Hallig Hooge vertrekt. Het vervolg van onze route is door dijkwerkzaamheden hermetisch afgesloten. Dan kunnen we alleen verder over een drukke weg, maar we besluiten terug te fietsen, om dan later op de dag per auto nog even naar Hamburger Hallig te gaan.
Als we terug in Dagebüll zijn is het tijd voor lunch. We zijn net op tijd voor de bui binnen en terwijl we van de soep genieten vallen er nog een paar buien. We wachten nog even tot het helemaal droog is en fietsen het laatste stuk met wind in de rug terug naar het hotel.
's Middags rijden we inderdaad naar Hamburger Hallig. Onderweg in de auto opnieuw een paar buien, maar als we bij het beginpunt zijn is het droog, en de rest van de dag schijnt de zon. Hamburger Hallig is inmiddels aan het vasteland vast komen te zitten, en er loopt een weggetje dwars door de kwelder tot aan de "warft" met restaurant helemaal aan de andere kant: zo'n vier kilometer. Je mag eventueel met de auto over dat weggetje (zes euro kost dat) maar wij lopen. Heel bijzondere plek. Enorme aantallen tureluurs die vaak luid protesterend op een paaltje zitten ook als je al erg dichtbij komt. Op het eindpunt eten we op het terras ons avondmaal. Erg leuke plek.
fietsroute korenvelden; fietsroute naar Schluttsiel; route Hamburger Hallig; foto's; natuur
We hebben de vakantieplannen drastisch aangepast, en zijn nu met fietsen achterop naar Nordfriesland gereden. De eerste nachten hebben we een aardig hotel in Niebüll met een enorme tuin. De zon schijnt volop en we fietsen eerst even naar de Waddenzee. Als we daar zijn vliegt in de verte een zeearend voorbij. Bij een grote afvalberg langs de Waddendijk zit ook een grauwe gors. Op de terugweg jaagt een grauwe kiekendief boven de korenvelden. Nog een reden waarom dit gebied vooral aan Oost-Groningen doet denken.
De laatste dagen werd er steeds mooi weer voorspeld, maar dan regende het hier gewoon 's ochtends. Vanochtend mist het, maar al snel wordt het mooi en warm. Ik fiets met een omweg naar Roden om P. af te lossen bij het oppassen.
Langs het Aduarderdiep veel donzige klit. In een kale boom aan de overkant van het water zit een koekoek. Even later komen twee andere koekoeken zich er mee bemoeien. In de Onlanden zitten twee jonge bruine kieken op een lage struik. Ik wacht een tijdje in de hoop dat een volwassen vogel zich laat zien, en de jongen eventueel gaat voeren. Maar mijn geduld is op voordat het zover is.
Prachtige jonge slechtvalk laat zich zien bij het Eelderdiep, op de huid gezeten door een aantal kieviten en kokmeeuwen. Ook de witwangstern(s) vliegen steeds voorbij. 's Middags zorgt de warmte voor veel vlinders. Tientallen dagpauwogen op de akkerdistels.
De vakantie is begonnen. 's Ochtends rijd ik naar Harlingen voor een mooie korte wandeling over de zuidelijke pier. Die pier is nu een grote bloemenzee, waaronder een aantal bijzonderheden die ik hier al vaak heb gezien. Maar er zit ook een echte verrassing bij: borstelkrans. Die zie je hier in het noorden eigenlijk nooit. De laatste waarneming in Friesland van deze soort is van vijf jaar terug.
's Avonds nog een kort rondje door de Lettelberterpetten. Bij de parkeerplaats groeit heggenrank, ook al een soort die je in het noorden nauwelijks ziet. Maar blijkbaar is deze groeiplaats al een hele tijd bekend. Bij het plasje bij de vogelhut zit een brilduiker, ook opvallend.
route Harlingen; route Lettelberterpetten; foto's; natuur
Voordat we op en neer naar Berlicum rijden. Het weer valt erg tegen, en ik ben het daarom snel beu.
Kort rondje. Bij het begin van het betonpad naar de zeehondenkijkwand huppelt een wezel de hele tijd van de ene kant van het pad naar de andere kant. Nog niet eerder heb ik een wezel zo goed kunnen bekijken. Verder hier de bekende taferelen: veel zeehonden aan de kant van de Dollard, en in de plassen binnendijks veel lepelaars, kluten, zwarte ruiters, etc.
's Avonds eten we met negen personen in Roden. P. en ik gaan op de fiets.
route Punt van Reide; fietsroute heen; fietsroute terug; foto's; natuur
Kort rondje. Er zitten nog steeds een heel stel steltkluten bij Tusschenwater, en inmiddels zijn er ook jongen. Als ik weer wegrijd zit er vlak bij een grote aardappelakker een groepje patrijzen in de berm. Die heb ik nog niet eerder zo goed kunnen bekijken.
Heel kort stukje, naar nu blijkt met trombosebeen. De witwangsterns voeren een prachtige show op.
Dus maar even helemaal niet lopen, in de hoop dat dat helpt.
Met mijn jarige huisgenoot P.
Dan maar een dagje fietsen in plaats van lopen. Door de Onlanden (mooie show van baardmannetjes) naar Onnen. Bij het Eelderdiep zie ik hier de witwangstern weer. Die zie ik even later langs de Noorderhooidijk en de Zuiderhooidijk bij Onnen nog vaker. Bij de Noorderhooidijk wil ik ook de zwarte ibissen zien, maar dat lukt in eerste instantie niet. Als ik op het gemaal aan het eind van de Zuiderhooidijk een tip krijg probeer ik het nog eens. Nu zie ik de twee ibissen bijna onmiddellijk. Op de terugweg nog een heel mooi paapje van tamelijk dichtbij, op de bekende plek langs de Drentse Dijk.
Meer strompelen dan lopen, grrr.