Het weer is hier nog slechter dan in Ierland. En dat verandert voorlopig ook niet. 's Middags toch maar even naar buiten want ik heb nog een week vrij. Op de strekdam van Peazemerlannen zit een zeekoet.
Nog een lange dag. Eerst met de veerboot van Dover naar Duinkerken. Je moet hier 2 uur van te voren aanwezig zijn. Dat is een beetje belachelijk als je bedenkt dat de overtocht zelf nauwelijks twee uur kost. Maar die twee uur heb je wel nodig om door de chaotische douane en incheckbalies te slalommen. Ondertussen schijnt de zon opnieuw volop. Tja.
Als we eenmaal op de boot staan schitteren de witte kliffen zo prachtig dat de sfeer snel opknapt. Onbegrijpelijk hoe mooi de krijtrotsen zijn, en eigenlijk jammer dat er hier een enorme veerhaven is aangelegd... Met enige weemoed denk ik terug aan de wandeling van vijf jaar gelegen (4 augustus 2018) toe ik boven langs zulke prachtige krijtrotsen liep.
Vanaf de veerboot is in eerste instantie niets te zien, behalve de langzaam verdwijnende krijtrotsen. Als we al zo'n beetje in de Franse wateren zijn vliegt er een jonge Jan-van-gent voorbij. Daarna steeds opnieuw drieteenmeeuwen. Later nog een volwassen Jan-van-gent. En nog veel meer drieteenmeeuwen. Vlakbij de haven van Duinkerken nog grote sterns en een heel stel visdieven.
Lange dag. De veerboot vertrekt al om 08:05, en we moeten er een uur van te voren zijn. We hebben een langzamere boot dan op de heenweg en we zijn pas tegen twaalf uur van de boot af in Holyhead. Dan volgt er nog 600 kilometer tot we in Dover bij ons volgende logeeradres zijn. Daar lopen we 's avonds de stad in voor het avondeten. Dover is een merkwaardige stad, enerzijds gedomineerd door de drukke veerhaven, en anderzijds de prachtige witte kliffen. Het stadje zelf is deels vergane glorie met een paar mooie plekken maar ook veel oude en vieze troep.
De foto's zijn bijna allemaal vanaf de veerboot. Het is lastig om vanaf het bovendek van deze reusachtige veerboot goede foto's te maken. Maar er is wel weer veel te zien. Al voordat we vertrekken zie ik vanaf de boot een zwarte zeekoet in de haven dobberen. Daarna trekken de Jan-van-genten de aandacht. Nog vlakbij Dublin zijn ze druk aan het duiken. De noordse pijlstormvogels blijven het meest indruk maken. Daarnaast ook steeds alken en zeekoeten, een noordse stormvogel en ook drieteenmeeuwen.
We eten een broodje op het strand van Abergele. Leuke strook langs het strand met veel mooie kustplanten.
We rijden terug van het westen naar Dublin, waar we morgenochtend vroeg met de ferry terugvaren naar Holyhead. De zon schijnt... Aan het eind van de middag gaan we even naar North Bull Island, bijzonder natuurgebied met strand, duinen en kwelder aan de rand van Dublin. Leuk gebied. Langs de vloedlijn zitten tientallen grutto's, tussen de bonte strandlopers en drieteenstrandlopers. In Nederland heb ik die nog niet eerder op deze manier gezien. We lopen eerst een stuk over het strand tot aan de strekdam die de ingang van de haven van Dublin markeert.
Terug loop ik door de duinen. Enorme aantallen orchideeën, vooral veel moeraswespenorchis en daarnaast vooral uitgebloeiede exemplaren van in ieder geval ook hondskruid en grote muggenorchis. Erg leuk.
Vandaag zou het een dag droog moeten blijven. We kiezen voor een trip naar het eiland Inishbofin. De boot vertrekt om half twaalf dus 's ochtends loop ik nog even kort door Clifden. Omdat het toch weer even miezert ga ik weer terug om mijn regenjas op te halen. Het riviertje waarover twee mooie oude bruggen zijn gebouwd hier vlakbij het hotel is een kolkende massa geworden. Even verderop heb ik een prachtig uitzicht op het haventje waar we de eerste middag heen waren gelopen.
De boot vertrekt vanaf Cleggan, dat is hier een kwartiertje vandaan. De zee is flink wild. De overtocht duurt iets meer dan een half uur. Ik zie al gauw een paar groepjes zeekoeten. Verderop ook meerdere noordse pijlstormvogels, maar vanwege de deining is het moeilijk om mooie foto's te maken. Ook vliegende en dobberende Jan-van-genten.
Vanaf de haven op het eiland lopen we de "Westquarter loop". In eerste instantie regent het toch weer. Maar als het droog wordt is het aangenaam. Het eerste deel van de route is prachtig, over een breed graspad langs de oceaan. Veel schapen, rotsen, en hoogveen. En heel veel tapuiten die niet erg schuw zijn. In de buurt van het meest westelijke punt van de route hebben we een mooie plek voor de middagboterham.
Verder langs de kust met een kleine excursie naar de "blowholes": een flinke grot met twee openingen aan de bovenkant. Vanaf die bovenkant kunnen we de grot mooi bekijken. We lopen verder via een grote dam en komen dan langs een paar huizen en de school die hier blijkbaar al meer dan honderd jaar is. We lezen dat de electriciteit pas in 1982 hier standaard beschikbaar kwam.
Als we rond zijn is het de hoogste tijd voor koffie op een aardig terras met piknikbanken (hippytent volgens P.). Met uitzicht op zee. Daar zwemt een zwarte zeekoet. Later zie ik er meer. Op de terugweg opnieuw zeekoeten en bijna constant voorbij vliegende noordse pijlstormvogels. De zee is wat rustiger maar het blijft lastig om ze er goed op te krijgen.
route Clifden; route Inishbofin; foto's; natuur
Regendag. In de ochtend is het slechts een zachte miezer, al is het zicht ronduit bedroevend. We doen toch maar een korte wandeling: een deel van route 33 uit het Rother boekje, naar Killary Harbour. Dat is het enige fjord van Ierland (dat hangt natuurlijk af van de definitie van "fjord", wat blijkbaar te maken heeft met gletsjers en de laatste ijstijd). Het fjord is wel vijftien kilometer lang, en zodoende een natuurlijke haven. In de eerste wereldoorlog, toen Engeland hier nog de baas was, lag de Engelse vloot hier veilig.
We doen alleen het rondje van de route, en we beginnen bij een heel klein haventje: Rosroe Pier. In de blijkbaar niet langer gebruikte (jeugd)herberg heeft in 1948 Ludwig Wittgenstein een half jaar doorgebracht. Dat is dus in een buurtschap van zo'n tien huizen. Middelen van bestaan: schapenteelt en visserij (en toen dus filosofie).
Vanaf Rosroe Pier loopt de route langs het water van het fjord in oostelijke richting over rotsen en gras. Veel schapen. Het is zo'n beetje droog, soms een beetje miezer. Bij kilometer 2 loopt de route steil omhoog want we moeten de pas over om aan de andere kant van de heuvelrug weer terug te lopen naar het beginpunt. De pas is niet zo hoog, maar het pad is moeilijk begaanbaar. Het gaat ook harder regenen.
Als we weer beneden zijn komen we op een kleine asfaltweg. Dat loopt plotseling wel heel erg gemakkelijk. Dat komt goed uit want het gaat steeds harder regenen. Terug in Clifden krijgen we een late lunch in een pub en zien daar de Ierse dames hun tweede wedstrijd op de WK verliezen. 's Middags wordt het niet meer droog. 's Avonds ook niet, maar we gaan toch nog even een pub in. Live muziek en een nieuwsgierige buurman.
We zijn al vroeg op pad om de wandeling vanaf het Connemara National Park te lopen: Diamond Hill. Enorm parkeerterrein, maar als we beginnen is er nog niet veel te doen (als we weer weg gaan 's middags is het echt enorm druk). In het begin is het een vrij makkelijke wandeling waarbij het pad mooi recht is gemaakt met behulp van enorme blokken natuursteen. Ook de hellingen worden met die stenen steeds een soort trappetjes. Het moeilijke deel van de wandeling naar de top van de Diamond Hill is bovendien eenrichtingsverkeer. Maar het gaat daar wel heel steil omhoog. De uitzichten onderweg zijn weergaloos (er zijn hier geen bomen of struiken). Aan de ene kant de ingewikkelde kust met baaien, schiereilanden en eilanden. En aan de andere kant de hoge bergen van onder andere de Twelve Bens.
Daarna rijden we terug en reisgenoot P. rust even uit, terwijl ik nog eens naar de Roundstone Bog rijd. Dezelfde spookweg, maar nu aan de kant van Clifden, dus dat is hier heel dichtbij. Zo kan ik mooi nog eens de bijzondere flora van dit gebied bestuderen. Ik vind nu een ven met honderden exemplaren van de Eriocaulon aquaticum. In een ander vennetje staat waterlobelia (in Nederland maar op een handvol plekken te vinden). Verder onder andere ook nog klein blaasjeskruid, vetblad en drie soorten zonnedauw. Erg leuk.
Samen rijden we later op de middag naar een bijzondere plek: Omey Island. Dat is een klein eilandje dat bij laag water via het strand te bereiken is. Dan rijden er ook volop auto's over het strand. Bij hoog water is het eiland, nu ja, een eiland. Het is een bijzonder gezicht. We laten de auto op het parkeerterrein en lopen zelf over het strand naar het eiland.
Ik las ergens dat het eiland vooral gebruikt wordt als begraafplaats. Inderdaad is er direct bij aankomst een vrij groot kerkhof, vlak langs de kust. Tussen kerkhof en strand groeit volop gelobde melde. Als we weer teruglopen, met een beetje een omweg wat dichter bij het water, vliegt er een groepje van vijf groenpootruiters op. Als we bijna in de auto stappen zit er een oeverpieper op een rotsblok.
route Diamond Hill; route Roundstone Bog; route Omey Island; foto's; natuur
Vandaag schijnt 's ochtends voor de verandering de zon. We rijden naar Clifden (Connemara), maar dat is niet veel meer dan een uurtje rijden, dus we kiezen voor een paar mooie tussenstops - geïnspireerd door route 16 uit de Crossbill. De eerste stop is een klein weggetje dat dwars door een enorm hoogveen gebied loopt: Roundstone Bog. Volgens de gids zijn er nog steeds Ieren die hier 's avonds niet durven te komen vanwege de vele spookverhalen die rond gaan over dit gebied.
We stoppen hier een paar keer, en ik probeer wat te zien van de bijzondere flora. De dag is alvast goed als ik in een vennetje de zeldzame plant Eriocaulon aquaticum vindt. Een merkwaardige verschijning: een stengel komt recht uit het water met een wit bolletje erop. En dat is dan alles. Het gekke is dat deze soort eigenlijk vooral in Noord-Amerika voorkomt, en het is onduidelijk waarom de soort hier in de Ierse hoogvenen soms ook opduikt.
De volgende stop is aan de kust bij een strand: Dogs Bay Beach. Aan de rand van het strand vind je hier een bijzonder fenomeen: Machair. Dat is kalkrijk grasland met heel veel bijzondere flora. Het grasland grenst aan het strand en de zee, en de kalk komt van de restanten van de schelpen uit de zee. Voordat ik dit gebiedje kan inspecteren komen er al drie dwergsterns vlak voor mijn neus langs vliegen. Er zit minstens één jong bij. Prachtig gezicht hoe ze aan het jagen zijn. Training?
In het machair dwaal ik een uurtje heerlijk rond. Heel veel opvallende soorten zoals hondskruid, teer guichelheil, kalkbedstro, beklierde ogentroost, kruiptijm, waterpunge, blauwe knoop, sierlijke vetmuur en nog veel meer.
Dan verder naar Clifden waar we verblijven in het voormalige station van de lijn Galway - Clifden die slechts bestond van 1895 tot 1935. We verkennen het stadje en lopen via de Beach Road inderdaad uiteindelijk naar een strandje bij de watersportclub.
route Roundstone Bog; route Dogs Bay Beach; route Clifden; foto's; natuur
's Ochtends regent het nog steeds. We doen rustig aan en we lopen (deels met paraplu) eerst even naar het dorp, via het kasteel. Eerst maar eens koffie drinken. Het lijkt langzaam wat minder nat te worden. Tegen het middaguur rijden we dan toch maar naar de Burren, opnieuw, maar eerst naar de Burren Perfumerie, als regenprogramma. De route ernaartoe is een belevenis op zichzelf, via enorm smalle weggetjes waarvan de middenberm flink met gras is begroeid, door het spectaculaire landschap van de Burren, steeds hopend dat er geen tegenligger aan komt.
Huisgenoot P. kiest voor een korte rondleiding door het sympatieke parfumbedrijf (en een verblijf in de bijbehorende winkel) terwijl ik een heel kort rondje loop tegenover de oprit naar het bedrijf. Daar staan een paar pijlen voor een wandel-"loop". Maar na een paar honderd meter staat er: "Return to start". Zo kan ik ook een loop maken. Maar goed, de korte route gaat door een prachtig stukje Burren met heel veel bloeiende planten waaronder ook weer wilde orchideeën. En het is zo'n beetje droog inmiddels.
Daarom rijden we een stukje terug naar het beginpunt van de bruine wandeling van het nationaal park, Eagles Rock. Prachtige wandeling door en over heel veel steen, maar ook een paar stukjes groene wildernis. En steeds enorm veel bloeiende planten. Ik tel vijf soorten orchideeën op deze route van 2.5 kilometer waar we 1.5 uur over doen. Daarnaast bijvoorbeeld ook knollathyrus en knolspirea, twee bijzonderheden die ik eerder deze week nog niet had gezien.
Voordat we terugrijden stoppen we ook nog even bij Lough Bunny. Ook hier veel wilde planten, maar de bijzondere paardenbloem die hier in het begin van de zomer te vinden moet zijn zie ik niet. Vermoedelijk zijn we daarvoor te laat in het seizoen.
Op de terugweg wordt de aandacht getrokken door een groepje ruïnes waar we even voor stoppen. Het zijn de resten van een klooster uit de 7e eeuw, Kilmacduagh. 's Avonds lopen we opnieuw naar het dorp voor het avondeten.
route Oranmore; route Burren Perfumery; route Eagle's Rock; route Lough Bunny; route Oranmore diner; foto's; natuur
Regenachtig, en heel grijs. Zo nu en dan mist. Maar 's ochtends is het zo nu en dan nog droog. We rijden route 15 uit de Crossbill en stoppen dus een paar keer voor miniwandelingetjes. Rond het middaguur begint het te regenen en het wordt niet meer droog.
De eerste stop is bij het plaatsje Ballyvaughan dat wel aardig is. De tweede stop is een stuk leuker: Rine Point is een heel klein schiereilandje. Afschrikwekkende borden bij de ingang van een pad dat toegang geeft tot het gebiedje, maar als we informeren bij iemand die daar zijn hond uitlaat of we daar van onder de indruk moeten zijn is het resolute antwoord: "nee". Mooie smalle strook strand, grind en gras. In de verte een grote groep kleine zilverreigers. Ook veel scholeksters. Ook veel bloeiende planten.
Bij een kleine vuurtoren stoppen we opnieuw: Black Head. Dit is een mooie uithoek waar je aan drie kanten over zee uitkijkt, en achter je bevinden zich de rotsen van de Burren. In zee wordt een jonge alk gevoerd door een ouder. Er vliegen in korte tijd ook zwarte zeekoeten, noordse stormvogels en drieteenmeeuwen voorbij.
Verder naar Famore Beach. Opvallend zandstrand met duinen. De duinen zijn interessant vanwege de plantengroei, maar ze zijn afgezet vanwege een restoration project. Goede zaak eigenlijk, maar jammer dat ik er niet doorheen kan struinen. Er bloeien meerdere exemplaren van de wilde orchidee hondskruid. Aan de zeekant ook heel veel zeewolfsmelk.
Tijd voor lunch, met koffie uit een stalletje. De meegebrachte lunch eten we in de auto want het regent weer. Het zal vandaag niet meer droog worden. De laatste stop is een bezoek aan de Doolin grot, dus een mooi regenprogramma. In een groep van twintig man dalen we via een heleboel traptreden af in de grot waar we inderdaad onder de indruk zijn van een enorme stalactiet die prachtig centraal in een grote grot hangt. Met meer dan zeven meter is dit de grootste stalactiet van Europa.
route Ballyvaughan; route Rine Point; route Blackhead; route Famore Beach; route Murrooghtoohy; foto's; natuur
We willen 's middags naar Galway, en daarom 's ochtends een klein wandelingetje hier vlakbij. Renville Park heeft een parkeerterrein aan de baai en daarvandaan lopen we langs de zeilschool en dan verder naar het meest westelijke punt van het park dat een beetje uitsteekt in zee.
's Middags dus naar Galway. Toch maar met de auto, want de trein gaat te infrequent. Het regent zo'n beetje de hele middag.
route Renville Park; route Galway; foto's; natuur
Na het ontbijt loop ik heel even naar de kust (1 km) en de winkel voor broodjes voor tussen de middag. Daarna gaat het naar het meest bijzondere gebied van Ierland: the Burren. Om bij het beginpunt van de eerste wandeling te komen moeten we weer over zeer smalle weggetjes waarbij je in geval van een tegenligger gebruik moet maken van de niet al te frequente verbredingen van de weg.
De Burren is een gebied dat vooral uit kalksteen bestaat. Sommige delen van het landschap bestaan vooral uit steen. Op de plekken waar wat meer grond tussen en boven de kalksteen is terecht gekomen is de plantengroei weergaloos. Het gebied is beroemd om de merkwaardige combinatie van planten van het hooggebergte (die goed tegen kou kunnen zoals Dryas octopetala) en planten van Zuid-Europa waaronder een aantal orchideeën. We zien al iets van de overdaad als we al even stoppen bij wat blijkbaar het beginpunt van een andere wandeling is.
Daarna komen we bij het beginpunt van de eigenlijke wandeling - een combinatie van twee wandelingen die hier gemarkeerd zijn: de witte wandeling en de blauwe wandeling (iets langer dan de in de Crossbill Guide gegeven route 13). Het eerste, makkelijke, deel van de wandeling laat vooral de bloemenpracht zien, en we zien daar ook heel wat vlinders. Typische kalkminnende planten die aan Zuid-Limburg doen denken zoals grote centaurie en kalkbedstro, en natuurlijk meerdere soorten orchideeën. Ik zie ook een speciale ondersoort van de bosorchis die blijkbaar alleen van de Burren bekend is: Dactylorhiza fuchsii subsp. okellyi.
Daarna begint het uitdagende deel van de route: hinkstapspringen en klauteren over de stenen en keien. Omdat je ongeveer bij elke stap moet zien waar je je voeten neerzet moet je stoppen om wat van de omgeving mee te krijgen. De route is minder dan tien kilometer, maar we doen er meer dan vier uur over! Het landschap is heel bijzonder en zou voor Tolkien de inspiratie zijn geweest voor In de ban van de Ring (Tolkien heeft een tijd aan de universiteit van Galway les gegeven).
Na afloop stoppen we nog even in het plaatsje Kinvara voor koffie met koek. En daarna lopen we ook nog even naar het mooie kasteel daar. 's Avonds lopen we nog even naar het "centrum" van Oranmore voor het avondeten.
route Oranmore ochtend; route Burren; route Kinvara; route Oranmore avond; foto's; natuur
Reisdag. Maar we maken een flinke omweg om een paar mooie plekken te kunnen bekijken. We gaan eerst (via een veerpont) naar de Loophead Peninsula, en wel naar de kliffen net ten zuiden van het plaatsje Kilkee. Spectaculair gezicht. Bij de tweede stop vliegen er twee alpenkraaien voorbij. Ook weer oeverpiepers en Jan-van-genten.
Daarna naar de beroemde kliffen van Moher. De beroemdheid is volgens de Crossbill Guide te danken aan "a stunning landscape and good marketing". We lopen een paar kilometer langs de kliffen, heel aardig. Veel Noordse stormvogels met kuikens. Ook de plantengroei is minder teleurstellend dan de reisgids deed vermoeden - eigenlijk wel vergelijkbaar met de plantengroei bij de kliffen van Kilkee.
Daarna leidt Google Maps ons weer over bijzonder smalle weggetjes. Op één zo'n weggetje waar het gras omhoog komt in de middenberm staat plotseling een vos ons minachtend aan te kijken. Daarna verder over de Wild Atlantic Way naar Oranmore - enorm hotel, gezellig gelegen aan een grote rotonde bij een bedrijventerrein, vlak bij Galway.
route kliffen Kilkee 1; route kliffen Kilkee 2; route kliffen Moher; foto's; natuur
Route 11 uit de Crossbill, maar we selecteren slechts een paar punten en zijn dan nog steeds een heel lange dag onderweg. De eerste stop is Brandon Point. Mooie plek aan het eind van een zeer smal weggetje, met uitzicht over de oceaan. Regelmatig vliegen er Jan-van-genten voorbij. Vanaf dit punt lopen we verder de heuvel op, deel van een wandelroute. Geen bomen, wel heide en gaspeldoorn. Roodborsttapuiten en tapuiten.
Als we weer bijna terug bij het beginpunt zijn zie ik iets wat op dolfijnen lijkt beneden in zee voorbij zwemmen. Omdat ze meer onder dan boven water zijn is het niet gelijk duidelijk, maar het zijn wel degelijk twee dolfijnen (nee, zelfs drie).
Via de spectaculaire Connor pas (ingewikkeld gedoe met stukken weg waar maar vanuit één richting een auto tegelijk door kan rijden) gaan we verder het schiereiland in. De tweede stop is Dunmore Head. Prachtige plek met een groot parkeerterrein. Je kunt hier ook naar beneden lopen waar een strand is. De zon schijnt en het strand wordt druk gebruikt. Wij lopen wat verder naar boven naar de eigenlijke "Head". Tegen de kliffen broeden hier veel Noordse stormvogels. Ze vliegen geregeld voorbij. Ook weer Jan-van-genten. Na enige tijd ook een raaf en als ik al weer terug wil lopen (huisgenoot P. zit inmiddels ook op het strand) komt er nog een alpenkraai over gevlogen.
Verder naar het dorpje Dingle. Aardig kleurrijk haventje en mooie plek voor koffie of ijsco. Het plan is om vervolgens weer terug te rijden, maar als we bij Inch Beach voorbij komen ziet het grote strand er zo aanlokkelijk uit dat we hier ook even stoppen met het idee om eerst wat rond te kijken (strand en duinen), en dan bij de strandtent wat te eten. Dat laatste gaat niet door, want die strandtent blijkt dan al gesloten, helaas.
route Brandon Point; route Dunmore Head; route Dingle; route Inch Beach; foto's; natuur
Route 8 uit de Crossbill Guide, Killarney National Park. Het eerste stuk van de autoroute hebben we gisteren al gezien, maar het licht is nu anders dus we stoppen toch nog even bij de Ladies' View. Prachtig uitzicht. Er groeit hier vetblad en beenbreek - ondanks de vele toeristen die hier toch vaak even de hei in lopen.
Dan verder met de auto de Black Valley in. Smal weggetje door mooie vallei met loslopende schapen. Verderop stoppen we even. Nog niet eerder zag ik beenbreek vanuit de auto, zo dichtbij dat ik de planten aan zou kunnen raken. We stoppen nog een paar keer bij een snelstromend riviertje. Opnieuw een keizersmantel. Koningsvaren staat hier tot in het water. Het weggetje loopt verder totdat we bij het begin (voor de meeste bezoekers overigens het einde) van de Gap of Dunloe zijn. Hier parkeren we en we gaan te voet deze mooie kloof door. Vrij veel toeristen, vooral wandelaars. En verder heel veel paard-en-wagens die hier het luiere deel van de toeristen vervoeren. Het midden van de asfaltweg is helemaal weggesleten door de hoeven van de paarden.
Na afloop rijden we dezelfde route per auto, maar we komen in een file van paard-en-wagens terecht dus dat duurt even. Tijd voor een late lunch. Daarna rijden we verder naar Tommies Wood en de bijbehorende waterval. We zien een haas, en dat blijkt later de Ierse sneeuwhaas te zijn.
route Gap of Dunloe; route Tommies Wood; foto's; natuur
Route 9 uit de Crossbill Guide van Ierland. Prachtig rondje in het Killarney National Park. We parkeren bij Muckross House en lopen dan eerst naar Muckross Abbey. Dat is een mooie ruïne met een opvallende heel grote en oude taxus. Die taxus-planten zijn een specialiteit hier. Later lopen we zelfs door een taxus-bos. Daarna lopen we de eigenlijke ronde om het Muckross Lake. Prachtig weelderig begroeid landschap langs mooie meren.
Al snel zien we een keizersmantel: opvallend grote oranje vlinder. Die zien we later nog een paar keer. De bomen zijn zeer bijzonder. Enorme wintereiken in mooie vormen, en ook grote taxus-bomen. Hier en daar ook opvallende lindebomen. Iets verderop groeien bovendien een heleboel westelijke aardbeibomen. Deze aardbeibomen horen bij een groep planten (Lusitaanse flora) die alleen voorkomen aan de westkust van Portugal en Spanje, en daarnaast in Ierland. We zien ook twee andere representanten van deze wat mysterieuze verzameling: Euphorbia hyberna en Saxifraga spathularis.
Na zo'n zeven kilometer komen we bij de plek waar een snelstromende beek in het meer uitmondt: "the meeting of the waters". Mooie plek, en je kunt er ook koffie met koek krijgen. Het water in de beek staat heel hoog, flinke stukken grasland en bomen staan onder water. Het laatste deel van de wandeling loopt langs een grote waterval: Torc Waterfall. In de nattigheid groeit veel goudveil en slaapkamergeluk.
Vandaag reizen we verder naar het zuidwesten, maar eerst loop ik 's ochtends vroeg nog even over de pier naar het haventje en vandaar langs de rivier landinwaarts. Kleine zilverreiger en twee grote gele kwikstaarten in de rivier. In de haven twee mooie drieteenmeeuwen.
Zodra we in de auto stappen begint het te regenen en het blijft regenen totdat we bijna bij onze eerste stop zijn: Lady's Island. Een merkwaardig soort bijna schiereiland waar we via een heel klein weggetje in de duinen stoppen. Dat is vlakbij een soort lagune die net niet in verbinding staat met zee, maar daarvan wordt gescheiden door een strandje van enkele tientallen meters. Het water is zeer in trek bij meerdere soorten sterns (en kitesurfers) die hier ook broeden. Er zitten veel visdieven, noordse sterns en grote sterns. Maar de reden voor ons bezoek is een zeldzame stern die hier ook broedt: Dougalls stern.
De sterns vliegen hier luidruchtig en vrij massaal rond, en het valt niet mee om ze uit elkaar te houden. In vergelijking met een visdief is de snavel grotendeels zwart, met een rode voet. Ze maken ook een ander geluid, maar dat geluid lijkt dan juist weer veel op het geluid van grote sterns. Toch lukt het om een paar keer de zeldzame variant op de foto te krijgen. Nieuwe soort! Ook de flora is hier leuk met enorme bossen zeewolfsmelk en blauwe zeedistel, maar ook bijvoorbeeld aardbeiklaver, tijm, en zilt torkruid.
We rijden een klein stukje terug naar het dorp dat aan de noordelijke oever van hetzelfde water ligt. In dat water steekt een klein schiereilandje uit waarop de restanten van een klooster liggen. Je kunt een rondje lopen over dat schiereilandje dat blijkbaar ook dienst doet als kruisweg. Ook hier heel veel sterns en daarnaast knobbelzwanen en kleine zilverreigers.
Daarna verder naar onze prachtige B-en-B in Killarney - toeristische hoofdstad van Kerry. We lopen nog even de stad in om te eten.
route Bray; route Lady's Island strand; route Lady's Island dorp; route Killarney; foto's; natuur
Regendag. Het regent 's ochtends vroeg en het blijft regenen, en behoorlijk hard. Dat was ook aangekondigd, met een waarschuwing voor "local flooding". Aan het eind van de middag zou het dan droog moeten worden. 's Ochtends gaan we even in het aquarium kijken (Sea Life). We zijn de enige volwassenen zonder kleine kinderen bij zich. Voor de afwisseling rijden we rond lunchtijd naar Greystones (volgende stadje aan de kust) voor uitgebreide lunch. De weg tussen beide stadjes loopt omhoog, en daar mist het flink. In Greystones giet het.
Rond een uur of vijf lijkt het wat minder hard te regenen en we rijden opnieuw naar Greystones om vandaar een stukje van het kliffenpad naar Bray te lopen. Dat pad is deels afgesloten, en vanaf Bray hebben we dus al een stukje gedaan. In Greystones miezert het nog wat, maar uiteindelijk lopen we een kilometer of drie over het pad, en dan weer terug. In de haven van Greystones zwemt een mooie zwarte zeekoet.
Terug in Bray is het dan toch eindelijk droog. Ik loop nog wat over de boulevard naar zeevogels te speuren. Er vliegen steeds drieteenmeeuwen voorbij. In de verte ook twee keer noordse pijlstormvogels. Later eten we samen een broodje als avondeten op een bankje op de boulevard (we hadden immers al een uitgebreide lunch op).
route Greystones; route Bray; foto's; natuur
Ik ben al voor het ontbijt buiten en loop naar het haventje in noordelijke richting. Opnieuw zwartkopmeeuwen en drieteenmeeuwen. En een mooie grote stern. Als ik vanaf de verste pier weer terug wil lopen word ik geattendeerd op een zeehond die net de haven inzwemt. Die kan ik van dichtbij mooi bekijken.
Vandaag gaan we naar Glendalough. Hier was ik in 2014 met collega's. Prachtig gebied ondanks de regen die toen steeds harder naar beneden kwam. Vandaag is het bijna de hele dag droog. Prachtige route (de witte wandeling, die ook in de Crossbill Guide voor Ierland wordt genoemd, als route 1).
De Glendalough vallei is fantastisch. De flora en fauna natuurlijk ook, al krijgen we daar niet al te veel van te zien. Een levendbarende hagedis laat zich even zien. Verderop zien we tientallen herten. Het zou hier gaan om sikaherten, afstammelingen van ooit ontsnapte/vrijgelaten exemplaren. Er komen hier ook edelherten voor en blijkbaar kruisen de beide soorten (wat ook vruchtbare nakomelingen oplevert) waardoor er nu waarschijnlijk geen zuivere edelherten of sikaherten meer zijn. Qua uiterlijk lijken de herten veel meer op sikaherten, dus zo noem ik ze dan maar.
's Avonds lopen we ondanks de vermoeidheid nog even naar buiten. Een kokmeeuw en een zwartkopmeeuw poseren even mooi zij aan zij en dat levert dus een educatieve foto op die de verschillen tussen de soorten illustreert.
route Bray; route Glendalough; route Bray; foto's; natuur
Na het ontbijt loop ik even langs het keienstrand. Je ziet hier steeds bonte kraaien, rouwkwikstaarten en zwartkopmeeuwen - soorten die je bij ons niet veel ziet. Dat is dus leuk. Boven zee zijn vanochtend ook steeds Jan-van-genten te zien.
Daarna nemen we de trein naar Dublin (45 minuten, maar mooi langs zee). In Dublin blijken de oude pakhuizen nu inmiddels allemaal verdwenen en vervangen door moderne toestanden. Het enige stukje oude troep dat ik terugvind is het oude sluizencomplex dat de Grand Canal Docks verbindt met de Dodder en Liffey rivier.
Daarna lopen we verder naar Trinity College waar een rouwauto vertrekt met meer belangstelling van fotografen dan van toeschouwers. Hierna voert de route langs een winkel waar we adapters kopen voor de Britse/Ierse stopcontacten (die hadden we natuurlijk thuis laten liggen). Via Dublin Castle en de Christ Church Cathedral lopen we terug naar het oosten. De blauwe brug (Ha'penny Bridge) blijkt inmiddels wit. In het uitgaansgebied (Temple Bar) eten we bij een visrestaurant. Terug met de trein.
In Bray loop ik nog even een stukje het kustpad op. Opnieuw zwarte zeekoeten, alken, zeekoeten, kuifaalscholvers. Er bloeien ook bosorchissen. Voor het hotel is een open-lucht bioscoop gemaakt waar Lion King wordt vertoond en later nog een of andere vechtfilm.
route Bray; route Dublin; route Bray; foto's; natuur
Vroeg wakker, en ik loop wat verder dan gisteravond. Mijn route volgt een stukje het Wales kustpad. Onmiddellijk als ik Holyhead uit ben is het een zeer interessante route met veel bloeiende wilde planten, en een heel bijzonder enorm buitenhuis dat gebouwd is als kasteel. Het is al lang niet meer bewoond en veranderd in een enorme moderne ruïne.
Iets verder kom ik dan bij het begin van een grote pier die de haven van Holyhead blijkbaar beschermt. Hier zitten een paar mooie luidruchtige bontbekplevieren. Ook de flora is weer interessant. Maar het is tijd om terug te lopen, voor het ontbijt. We doen wel rustig aan want de boot vertrekt pas om 11:10.
De overtocht gaat met een snelle veerboot, waar je nauwelijks buiten kunt staan. Er is alleen een soort kooi buiten van een paar vierkante meter met tralies van wel twee meter hoog, dus fotograferen wordt zo een extra uitdaging.
Uiteindelijk kies ik er voor om binnen door het grote raam te kijken of er zeevogels te zien zijn. Steeds kleine en grote groepjes alken of zeekoeten. Maar later blijken de meeste groepjes te bestaan uit noordse pijlstormvogels! Nieuwe soort, waarvan ik er vandaag minstens honderd gezien heb. Dit is de soort die ik bij de excursie naar Ameland, afgelopen september, had gemist terwijl de andere deelnemers met telescoop deze wel in de verte voorbij zagen vliegen. Dat gemis is dus een beetje goedgemaakt. Behalve noordse pijlstormvogels zijn er ook Jan-van-genten, drieteenmeeuwen, zeekoeten en alken. En twee dobberende papegaaiduikers!
In Bray logeren we aan het strand, aan de boulevard. We lopen al snel over de boulevard, en wel in de richting van Bray Head: een opvallende heuvel direct ten zuiden van Bray. Hier was ik met collega's in 2014. Er is een route naar de top maar je kunt ook over een kustpad verder lopen in de richting van het volgende dorp: Greystones. Er staat een bord waardoor we denken dat de route naar de top tijdelijk is afgesloten dus we volgen het kustpad. Een stuk verder blijkt dat pad juist afgesloten.
Vanaf die plek (groot hek waar soms toch een wandelaar overheen klimt, maar te hoog voor ons) zie ik net als in 2014 een groep kuifaalscholvers zitten. Ook dobberen er zwarte zeekoeten en een groepje alken. Tenslotte keren we om en kiezen dan toch de route naar de top. Dat is zwaar, maar de beloning is een fraai uitzicht over Bray. Ook vliegen er bonte kraaien rond (opvallend hoe veel je die soort ziet zodra je Nederland uit bent). Voor de terugweg improviseren we een andere route die minder geklauter oplevert, maar meer meters.
route Holyhead; route Bray; foto's; natuur
De overtocht vanochtend naar Dover levert met veel moeite precies één Jan-van-gent en één drieteenmeeuw op (daar sta je dan anderhalf uur voor op het buitendek). Maar voordat de boot vertrok konden we wel even genieten van een groep zeehonden dat een strandje naast de veerboot had uitgekozen, wellicht omdat dit strandje voor mensen met geen mogelijkheid meer is te bereiken vanwege alle hekken die de route richting het Verenigd Koninkrijk hermetisch afsluiten.
Daarna dus links rijdend naar Wales, waar we eind van de middag aankomen in de plaats waar morgenochtend de boot naar Dublin vertrekt: Holyhead. De "hotelkamer" is extreem klein dus ik ben al gauw buiten om de omgeving een klein beetje te verkennen. Klein plaatsje waar op een maandagavond ook in het zomerseizoen nauwelijks iets te doen is. Met enige moeite lukt het om een restaurant te vinden dat open is.
Na het middaguur reizen we verder naar Calais, de eerste etappe voor onze vakantie naar Ierland. Als we daar in ons hotel zijn geïnstalleerd (Ibis, geen aanrader) rijden we naar de andere kant van Calais en vermaken ons bij het strand. In zuidelijke richting vallen de vele bunkers op. In het duingebied zie ik twee mooie orchideesoorten: hondskruid en bokkenorchis (al weer uitgebloeid). Ook de vele exemplaren van hazenstaart (bij ons zeldzaam) vallen op.
Daarna lopen we terug, in de richting van Calais waar een soort boulevard is. Een enorme bewegende draak (inclusief vlammenwerper en rookmachine) levert een spectaculair schouwspel op.
Traditionele familieweekend in Boven Leeuwen (met een melancholisch tintje omdat het hier de laatste keer is). Wij slapen weer in de Slaapmus, en na het ontbijt loop ik via de Kaliwaal naar de Molenstraat. Het is erg warm. Al voordat ik in de uiterwaarden ben laat een groene specht zich goed horen en zien. In de bloemen langs de dijk zitten veel bruine blauwtjes.
In de uiterwaarden is het weer een bloemenzee, maar vanwege de hitte houd ik het niet zo lang vol. In het zwembad is het heerlijk afkoelen. En (zeker wanneer ook mijn kleindochter is gearriveerd) het wordt een mooie middag en avond. We lopen na de bbq met M. nog even de dijk op, want M. heeft zijn doelstelling van tienduizend stappen vandaag nog niet gehaald.
route ochtend; route avond; foto's; natuur
Feest, verjaardagen, regen, en gisteren de zomerstorm Polly. Dus eindelijk vanavond weer even buiten spelen. Bij het Eexterveld is het kurkdroog. De geelgorzen en grauwe klauwieren zijn opvallend aanwezig. Verder ook veel heideblauwtjes en een gentiaanblauwtje (en nog meer eitjes). Heel veel Sint-jansvlinders. Het klein warkruid breidt zich enorm uit.
's Ochtends regen (een verregende zaterdag was lang geleden). Het wordt 's middags wel droog, maar op tijd terug want we geven vanavond groot (?) feest in het Stadslab.